Krachtige en respectvolle feedback met een eenvoudig feedbackmodel

Krachtige en respectvolle feedback met een eenvoudig feedbackmodel

Wil je feedback geven die kort, concreet en respectvol is? In deze blog ontdek je modellen als SBI, 4G, DESC en Pendleton met feedforward, plus voorbeeldzinnen, zodat je de aanpak kiest die past bij jouw situatie. Met praktische tips voor voorbereiding, timing, het gesprek en de opvolging maak je feedback effectief, veilig en duurzaam – en bouw je aan een lerende teamcultuur.

Wat is een feedbackmodel en waarom werkt het

Wat is een feedbackmodel en waarom werkt het

Een feedbackmodel is een duidelijke structuur die je helpt om feedback kort, concreet en respectvol te geven, zonder te verzanden in meningen of vage gevoelens. In plaats van te zeggen wat iemand “moet” doen, beschrijf je met een model eerst de situatie, dan het specifieke gedrag, de impact ervan en het gewenste vervolg. Bekende varianten zijn het SBI-model (situatie, gedrag, impact) en het 4G-model (gedrag, gevoel, gevolg, gewenst), en soms voeg je feedforward toe: gericht advies voor de toekomst. Zo’n vaste opbouw werkt omdat je de focus verlegt van de persoon naar observeerbaar gedrag, waardoor defensiviteit afneemt en het gesprek opener wordt.

Je creëert een gedeelde taal, waardoor je sneller tot de kern komt, misverstanden vermindert en emotie scheidt van feit. Het helpt je ook beter te timen en je intentie helder te maken: je geeft feedback om samen resultaat en samenwerking te verbeteren, niet om gelijk te halen. Door het model te gebruiken stel je automatisch betere vragen, check je begrip en leg je afspraken vast, wat de kans vergroot dat gedrag echt verandert. Bovendien maakt de structuur feedback veiliger voor beide kanten en stimuleert het een lerende cultuur in je team: je spreekt af wat je vanaf nu anders gaat doen en hoe je dat samen borgt.

[TIP] Tip: Volg 4G: gedrag, gevolg, gevoel, gewenst; vermindert weerstand en misverstanden.

Bekende modellen om feedback te geven

Bekende modellen om feedback te geven

De tabel hieronder vergelijkt bekende feedbackmodellen op kernstappen, wanneer je ze inzet en een kort voorbeeld of tip. Zo kies je snel het model dat past bij je gesprek en doel.

Model Kernstappen Wanneer gebruiken Voorbeeld / tip (kort)
4G-model (Gedrag, Gevoel, Gevolg, Gewenst) Beschrijf concreet gedrag -> benoem gevoel -> leg uit gevolg -> spreek gewenst gedrag af. 1-op-1, relatie en teamnormen; als emoties of samenwerking een rol spelen. “Gisteren in de stand-up onderbrak je Anna (gedrag). Ik voelde irritatie (gevoel), want updates gingen verloren (gevolg). Kunnen we elkaar laten uitspreken? (gewenst)”
SBI-model (Situation, Behavior, Impact) Schets situatie -> benoem observeerbaar gedrag -> beschrijf impact op resultaat/anderen. Snel en feitelijk; prestatie- en taakgericht; ook geschikt voor remote/async. “In de demo maandag (S) ging je over de tijd (B), waardoor vragen niet gesteld werden (I).”
Pendleton-model Laat ontvanger eerst benoemen wat goed ging -> bevestig sterktes -> bespreek wat beter kan -> maak gezamenlijke acties. Coaching, opleiding en reflectie na een gebeurtenis; motiverend, veilige leercontext. Start met: “Wat ging goed?” -> “Wat zou je anders doen?” -> “Welke afspraak maken we nu?”
Feedforward (toekomstgericht) Focus op gewenste toekomst -> doe 2-3 concrete suggesties -> bied steun -> plan check-in. Bij verandering/ambitie; wanneer verleden vastloopt of defensief maakt. “Volgende sprint: plan reviews vóór 16:00 en tag 2 reviewers; ik reserveer dinsdag 30 min om te helpen.”

Kernboodschap: 4G is relationeel en normstellend, SBI is snel en feitelijk, Pendleton is coachend en motiverend, en feedforward helpt vooruitkijken en defensie verlagen.

Er zijn verschillende bewezen modellen die je helpen om feedback helder en respectvol te brengen. Het SBI-model (situatie, gedrag, impact) is ideaal als je snel tot de kern wilt komen: je benoemt waar en wanneer iets gebeurde, wat je precies zag en welk effect dat had. Het 4G-model (gedrag, gevoel, gevolg, gewenst) voegt jouw beleving en het gewenste vervolg toe, waardoor je zowel verbinding als richting creëert. Het DESC-model (describe, express, specify, consequences) komt uit assertieve communicatie en werkt goed als je duidelijke afspraken en grenzen wilt formuleren.

Pendleton’s regels bieden een gespreksvolgorde waarbij je eerst laat reflecteren en samen leert, handig in coaching en opleiding. Feedforward richt zich juist op de toekomst: wat werkt al, en wat ga je volgende keer anders doen. Elk model verlegt de focus naar observeerbaar gedrag en maakt het gesprek minder persoonlijk, waardoor defensiviteit zakt en afspraken concreter worden. Kies het model dat past bij je doel: kort en feitelijk, coachend en reflectief, of toekomstgericht met duidelijke acties.

4G-model (gedrag, gevoel, gevolg, gewenst) – kort voorbeeldscript

Het 4G-model helpt je feedback te geven in vier heldere stappen: je beschrijft eerst observeerbaar gedrag, dan je gevoel, daarna het gevolg en sluit af met het gewenste gedrag. Zo houd je het concreet en respectvol zonder te oordelen over iemands persoon. Voorbeeldscript: Gedrag: “In de stand-up was je drie keer aan het mailen terwijl het team updates gaf.” Gevoel: “Dat frustreerde me, omdat ik het gevoel had dat mijn update minder belangrijk was.

” Gevolg: “Daardoor miste je een besluit en moesten we later opnieuw afstemmen, wat tijd kostte.” Gewenst: “Kun je tijdens de stand-up je laptop dichtklappen en vragen noteren voor later? Als je iets dringend hebt, geef dat dan vooraf aan.” Zo stuur je op gedrag én resultaat.

SBI-model (situation, behavior, impact)

Het SBI-model helpt je om feedback kort en feitelijk te brengen zonder ruis. Je start met de situatie: waar en wanneer gebeurde het, zodat jullie hetzelfde moment voor ogen hebben. Daarna benoem je het gedrag: wat zag je iemand concreet doen of laten, in observeerbare termen en zonder labels. Tot slot leg je de impact uit: welk effect had dat gedrag op jou, het team, de klant of het resultaat.

Bijvoorbeeld: “Gisteren in de klantcall (situatie) onderbrak je mij drie keer midden in een antwoord (gedrag), waardoor de klant onrustig werd en we geen duidelijke afspraak maakten (impact).” Door deze volgorde voorkom je discussie over interpretaties, verlaag je defensiviteit en maak je het makkelijk om samen te bepalen wat je de volgende keer anders doet.

Pendleton en feedforward (vooruitkijkend)

Pendleton’s regels geven je een vaste volgorde voor een leerzaam gesprek: je laat eerst de ander benoemen wat goed ging en wat beter kan, dan vul je aan met eigen observaties, en je sluit af met gezamenlijke acties. Deze volgorde verlaagt defensiviteit en maakt het gesprek gelijkwaardiger, zeker in coaching, opleiding of peer review. Feedforward vult dit mooi aan door niet te blijven hangen in wat misging, maar te vertalen naar concreet gewenst gedrag voor de volgende keer.

Je bouwt voort op sterke punten en spreekt één of twee specifieke experimenten af, met tijd en context. Voorbeeld: “Wat hield je overeind? Wat neem je mee? Volgende sprint start je updates met de kernboodschap en check je begrip met één vraag.”

[TIP] Tip: Gebruik SBI: situatie, gedrag, impact; eindig met een concrete afspraak.

Welk model past bij jouw situatie

Welk model past bij jouw situatie

De keuze voor een feedbackmodel hangt af van je doel, je relatie met de ander en de context. Gebruik onderstaande beslispunten om snel te kiezen wat nu het beste werkt.

  • Doel, relatie en context: Wat wil je bereiken (snel duidelijkheid, gedragsverandering, leren of grenzen stellen)? Hoe is de relatie (collega, leidinggevende, klant) en wat is de setting (team, klantgesprek, hybride/online, tijdsdruk)? Houd rekening met psychologische veiligheid en hiërarchie.
  • Snelle beslisboom – direct, reflectief of toekomstgericht: Kies SBI als je kort en feitelijk tot de kern wilt komen; 4G wanneer emotie meespeelt en je het gewenste gedrag expliciet wilt maken; Pendleton met feedforward als je coachend werkt en eerst reflectie wilt; DESC als er duidelijke afspraken, grenzen of impact op resultaten spelen.
  • Toon, medium en timing: Bij spanning of een nieuwe samenwerking start je met een milde, nieuwsgierige toon en open vragen; in hybride context kies je bewust het kanaal (bij voorkeur face-to-face of video voor lastige onderwerpen) en plan je een moment met voldoende tijd.

Twijfel je? Begin met een korte SBI om de feiten te zetten en schakel daarna over naar 4G, feedforward of DESC om richting, afspraken en vervolgacties te borgen.

Doel, relatie en context (team, klant, hybride)

Welk feedbackmodel je kiest, hangt af van je doel, de relatie en de context. Wil je iets snel bijsturen of afspraken bewaken, dan past een kort en feitelijk model zoals SBI. Speelt emotie of teamdynamiek mee, dan helpt 4G omdat je gevoel en gewenst gedrag benoemt. In een coachende relatie kies je eerder voor Pendleton met feedforward om samen te leren. Met een klant werkt duidelijkheid en assertiviteit (bijvoorbeeld DESC) vaak beter, omdat je concrete verwachtingen en consequenties wilt vastleggen.

In hybride of remote samenwerking is timing en kanaal cruciaal: benoem situatie en impact extra precies, check begrip expliciet en leg afspraken kort schriftelijk vast. Kijk steeds naar vertrouwen en hiërarchie; hoe spannender de relatie, hoe zorgvuldiger je start, vraagt en samenvat.

Snelle beslisboom: direct, reflectief of toekomstgericht

Kies je aanpak door kort te checken wat er nodig is. Is er iets concreets gebeurd dat snel bijsturing vraagt en wil je ruis vermijden, ga dan direct: beschrijf situatie en gedrag en benoem de impact, zoals in SBI, of gebruik DESC als je grenzen en afspraken helder wilt maken. Wil je vooral leren en eigenaarschap vergroten, kies reflectief: laat de ander eerst zelf benoemen wat goed ging en wat beter kan en voeg jouw observaties toe, zoals bij Pendleton.

Speelt het vooral bij de volgende keer, pak het toekomstgericht aan met feedforward en sluit af met helder gewenst gedrag, eventueel aangevuld met de laatste stap van 4G. In twijfel begin je kort direct, en schakel daarna over naar reflectie en toekomst.

[TIP] Tip: Kies SBI voor feiten, DESC bij conflicten, NVC voor emoties.

Zo maak je feedback effectief en duurzaam

Zo maak je feedback effectief en duurzaam

Effectieve en duurzame feedback begint bij je voorbereiding en eindigt pas bij de opvolging. Met deze stappen houd je het kort, concreet en wederkerig.

  • Voorbereiding: verzamel feiten (wat zag/hoorde je), bepaal je intentie en het resultaat dat je samen wilt bereiken, en kies een model dat past (bijv. 4G, SBI of Pendleton/feedforward). Denk na over timing en kanaal (snel na het moment, niet midden in emotie; live bij gevoelige onderwerpen), formuleer observeerbaar en specifiek, en spreek in ik-vorm.
  • Het gesprek: start met doel en toestemming, beschrijf situatie-gedrag-impact in ik-vorm, stel open vragen en luister actief (samenvatten, checken). Houd het bij één thema, benoem aannames als aannames, en reguleer emotie (pauze is oké). Vermijd valkuilen zoals labels, altijd/nooit, de “sandwich” en discussies via chat als het gevoelig is; bouw aan psychologische veiligheid door respect en nieuwsgierigheid te tonen.
  • Opvolging: vertaal naar concreet gedrag met 1-2 duidelijke acties (wie doet wat, wanneer), benoem succescriteria/signalen en leg kort vast. Plan een check-in en combineer feedback met feedforward: wat ga je anders doen vanaf nu en wat behoud je omdat het werkt. Stimuleer eigenaarschap en maak wederkerigheid expliciet (vraag ook om feedback terug).

Zo wordt feedback geen losse opmerking maar een leerproces met zichtbaar effect. Klein beginnen, vaak herhalen.

Voorbereiding: feiten, intentie en timing

Goede feedback begint vóór het gesprek. Verzamel eerst feiten: wat zag of hoorde je precies, wanneer en waar, en welke concrete voorbeelden onderbouwen dat? Schrap labels en interpretaties zodat je bij observeerbaar gedrag blijft. Check daarna je intentie: waarom wil je dit zeggen, wat wil je dat de ander en jij ermee winnen, en welk resultaat is realistisch na dit gesprek? Kies vervolgens je timing en kanaal: zo snel mogelijk na het moment, maar niet in de hitte van de emotie, bij voorkeur onder vier ogen en zonder tijdsdruk.

Vraag of het uitkomt, plan desnoods kort later. Bedenk een heldere openingszin, kies een passend model (SBI, 4G, of feedforward) en bereid één of twee gewenste acties en een korte follow-up voor.

Het gesprek: technieken en valkuilen

Begin met een korte ik-boodschap en beschrijf observeerbaar gedrag in plaats van de persoon. Stel open vragen als “Wat zag jij gebeuren?” en laat stiltes vallen zodat de ander kan reageren. Luister actief, vat samen wat je hoort en check begrip: “Klopt dat zo?” Benoem de impact en koppel terug naar het gezamenlijke doel, niet naar gelijk krijgen. Let op toon en lichaamstaal; nieuwsgierigheid ontspant, overtuigen duwt vast.

Vermijd valkuilen als labels, aannames over intenties, woorden als “altijd/nooit” en de compliment-sandwich die de kern verdoezelt. Ga niet in detaildiscussies; keer terug naar het effect op werk of samenwerking. Maak het gesprek tweerichtingsverkeer, vraag om ideeën voor verbetering en rond af met één of twee concrete afspraken, inclusief wanneer je samen checkt hoe het gaat.

Opvolging: afspraken, meetbare acties en check-ins

Opvolging bepaalt of feedback echt iets verandert. Vertaal het gesprek naar één of twee concrete acties: wie doet wat, tegen wanneer, in welke context en met welk zichtbaar resultaat. Maak het meetbaar door succescriteria af te spreken, zoals gedragssignalen (“start de stand-up met de kern in 60 seconden”) of effectindicatoren (minder herwerk, snellere besluitvorming). Leg afspraken kort vast op een plek die jullie beide zien en kies een ritme voor check-ins, bijvoorbeeld een korte update in de volgende stand-up en een 1-op-1 na twee weken.

Houd check-ins klein: wat werkte, wat nog niet, wat proberen jullie nu? Zorg voor steunmiddelen als een reminder, buddy of sjabloon en verwijder obstakels die voortgang blokkeren. Vier kleine successen en pas afspraken aan als de context verandert, zodat verbetering beklijft.

Veelgestelde vragen over feedback geven model

Wat is het belangrijkste om te weten over feedback geven model?

Een feedbackmodel biedt een structuur (bijv. 4G, SBI, Pendleton, feedforward) waardoor gesprekken concreet, veilig en doelgericht worden. Het helpt gedrag te benoemen, impact te bespreken en gewenste verandering af te spreken, met ruis en defensiviteit.

Hoe begin je het beste met feedback geven model?

Start met je doel en relatie: wil je corrigeren, samen reflecteren of vooruitkijken? Verzamel feiten, kies passend model (4G, SBI, feedforward), timet zorgvuldig, vraag toestemming, benoem intentie en eindig met een duidelijke, observeerbare voorbeeldsituatie.

Wat zijn veelgemaakte fouten bij feedback geven model?

Vage oordelen i.p.v. observeerbaar gedrag, verkeerd gekozen timing, geen concrete impact of gewenst gedrag, monoloog zonder dialoog, te veel punten tegelijk, persoonsgericht i.p.v. taakgericht, geen afspraken of check-ins, en model dogmatisch gebruiken zonder context.

By admin